Groefsnijder
Na het snijden en verlijmen van het leer zetten we een groef in het leer met een groefsnijder. Deze snijd de toplaag van het leer weg. Dit maakt een verdieping in het leer. Doordat het afgeronde deel van de tool groter is dan het snijdende gedeelte, glijd deze langs de buitenrand van het leer. Hierdoor ontstaat er op een constante afstand van de rand een rechte lijn. Deze lijn kan vervolgens worden gebruikt om de gaatjes te slaan met de vlechttanden.
Doordat er een diepe groef ontstaat, valt het stiksel ín het leer. In het eindproduct krijgen we zo een stiklijn die gelijk loopt met het oppervlak van het leer. Dit levert voor sommige producten een mooier afgewerkt eindresultaat op.
De afstand vanaf de rand kan worden ingesteld door het horizontale (zwarte) onderdeel los te schroeven en te verschuiven. In het uiteinde zit een aangescherpte rand en een gat, waarmee we de groef snijden. Afhankelijk van het ontwerp van het product kan deze afstand kleiner of groter zijn. Vaak stikken we op zo’n 2,5 millimeter van de rand van het leer.
ALTERNATIEF: PASSER
Als alternatief is ook een passer te gebruiken. Hiermee zetten we geen groef in het leer, maar hiermee kunnen we wel mooi op vaste afstand van de rand een lijn zetten om vervolgens de gaatjes in het leer te slaan.
Afhankelijk van het type project maken we de keuze tussen een van deze twee opties. Op deze afbeelding is het verschil te zien tussen een groef van de groefsnijder (links) en eentje van de passer (rechts).